13.00 uur!
Het is nog donker als we de herberg verlaten, maar na de koffie is het licht. We beginnen wat vroeger, omdat de ochtendkilometers zo veel makkelijker gaan dan die aan het eind van de dag.
We zijn met z’n 3-en vandaag, want Lisette loopt ook vandaag met Brenda. De Camino Primitivo is een fysiek zware camino, en halve etappes zijn voor Lisette en Brenda ruim voldoende.
We krijgen het zwaar, tijdens de behoorlijke klimmetjes, maar vooral aan het eind van de dag tijdens de laatste kilometers naar Cadavo over een lange stijgende en dalende weg in de volle zon.
In Cadavo ploffen we in de 1e bar neer om uit te blazen en te verkoelen. Daarna nog een klein stukje naar een nieuwe priveherberg…
13.00 uur!
Ah, Lisette is ziek. Misschien de gehaktballen van gisteren? Zij blijft in bed en laat zich halverwege de dag samen met de Canadese Brenda naar Grandas de Salime brengen. Wij gaan gedrieen in de mist op pad.
We lopen naar La Mesa, waar een huis met een bordje ‘donativo’ ons naar binnen lokt. Een dame serveert ons een goede koffie in haar keuken, terwijl manlief vertelt over de bessenkweek.
Bij het kapelletje in Buspol ontmoeten we Sven en Adrian, de Duitse vader met zijn drietalige zoon, weer. Vanaf daar lopen we zigzaggend naar beneden naar het stuwmeer van Grandas. Dat duurt een tijd. Het is een soort menselijke knikkerbaan: tweehonderd meter naar links, stukje naar beneden, tweehonderd meter naar rechts, stukje naar beneden, weer naar links, enzovoort. We pauzeren ergens hslverwege de knikkerbaan op een tots met uitzicht op het stuwmeer van Grandas de Salime.
We lopen eerst tot na het dorp Borres, waar de wegen zich splitsen: óf je loopt het stuk door de bergen óf je neemt de route via Pola Allande, een lager gelegen dorp. Er is weer veel mist, dus niet helemaal de ideale omstandigheden voor de hospitalesroute.
Nadat Elle en ik caminofitness bedachten (squats doen met je rugzak op) besluiten we op te splitsen: Lisette en ik gaan via Pola de Allande en Kristel en Elle lopen over de berg.
Uren later treffen we elkaar weer in het dorp Lago, waar de bar op zondag helaas gesloten is.
Vanaf daar doen we de laatste relaxte kilometers samen naar Berducedo, een boerendorp waar we inchecken in het pension. Daarna weer het gebruikelijke pelgrimsritueel van een drankje, douchen en een welverdiende maaltijd.
13.00 uur!
Een korte dag omdat we morgen de ruta Hospitales willen lopen: over de berg. Campiello is dan een logische stop.
Het is weer mistig en vandaag lukt het de zon niet echt daar doorheen te komen. Morgen gaat het misschien zelfs regenen en dan zou de berg gevaarlijk kunnen zijn…
Maar vandaag lopen we relaxed en breiden de route uit met een extra ommetje naar de kloosterruine Obonos. Daarna weer trek in koffie en daarom lopen we van het klooster naar een nabijgelegen dorp. Een echte bar lijkt er niet te zijn, maar Loli – de eigenaresse van een buurtwinkel – maakt voor ons een tafel in de winkel en serveert koffie in grote koppen. Wij vermaken ons uitstekend met het bestuderen van de bezoekers en de inhoud van de winkel.
Daarna weer terug naar de route voor het laatste stuk naar Campiello, een gehucht waar twee megaherbergen vechten om de gunst van de passerende pelgim. Wij kiezen casa Ricardo: twee prachtige kamers in een waar pelgrimsparadijsje!
13.00 uur:
Zelfmaakontbijt in de herberg en dan op pad. De wolken lijken hier ’s nachts te zijn neergedaald op het land, en de eerste uren lopen we door de mist.
Na een flinke ochtendklim en een uitgebreide koffiestop is de mist verdwenen en lopen we in volle zon. Mooie paadjes door het bos en langs de weilanden.
We lopen naar Tineo, waar we slapen in de herberg van het spahotel. Het gaat goed!
Ja, we slapen niet al te best op de volle slaapzaal in San Juan, maar als we opstaan zijn nagenoeg al onze medepelgrims al vertrokken. En nee Mieke: ook vandaag geen goed ontbijt, want de koffiemachine in San Juan is stuk en de oploskoffie en magdalenas voldoen niet helemaal.
Maar we gaan toch goedgemutst op pad voor de eerste 8 km & de eerste stop in Cornellana, waar de koffie weer dubbel zo goed is.
We lopen verder naar Salas, met onderbrekingen bij een waterplaats, bij een nest jonge hondjes en wat er zo verder te zien is. In de middag breekt de zon door het wolkendek en zo worden de laatste stijgende kilometers toch nog zwaar.
In Salas nemen we onze intrek in een privé herberg (fijn met z’n 4-en in 2 aangrenzende ruimtes, spoelen we het zweet even weer af en lessen daarna de dorst op een terras op het stadsplein.
Nog even naar de Alimerka supermarkt voor onze onnozele aankopen van 1 banaan, 2 nectarines en een broodje voor morgen. Er wordt nog wat geklaagd over zere kuiten, en daarna eten we een pelgrimsmenu in het hotel next door en nu is het weer pelgrimsbedtijd.
Vanaf nu: elke dag de 13.00-uur-foto: hoe zien wij eruit en wat zien we voor ons. Vandaag een zandhoop ?
Het is mistig als we zonder ontbijt uit onze kamers vertrekken, want de bar is op woensdag dicht voor ‘descanso’.
Na 3 km zou er een bar zijn, maar we lopen er 6 voordat we aan de koffie en tostadas zitten. Wel extra lekker na een ochtendwandeling.
Daarna pauzeren we nog eens in Peñaflor, en in Grado waar het marktdag is. We gaan tot San Juan de Villapañada, een gehuccht waar geen winkel en eetgelegenheid is, dus we halen proviand in een supermarkt in Grado.
Dan moeten we nog de berg op naar San Juan, mét extra kilo’s boodschappen in de tas. De albergue is al aardig vol en alleen voor Lisette is er nog een benedenbedje. We douchen, koken pasta met sla en kijken naar de one-man-show van de hospitalero Domingo, die buiten op een bankje uren bezig is met het inschrijven van de aanwezige pelgims: veel spanjaarden, een paar duitsers, een litouwer, een fransman, twee poolse vrouwen en tres holandesas y una mujer de belgica. Verder houdt Domingo de boel ook goed in het gareel: hier staan de schoenen, slaapzak op het bed, rugzak daar en als ik gedoucht heb krijg ik een zwabber in mijn handen gedrukt om de restjes water op te dweilen.
Benieuwd hoe goed we zo gaan slapen in de slaapzaal met 22 mensen ?.
Een rustige dag om mee te beginnen, want we kwamen immers na middernacht in Oviedo aan. Ontbijten, een stempel halen bij de kathedraal en dan kalmpjes 14 km naar Escamplero.
Na 5 km verlaten we de stad en lopen door mooi landelijk Asturias. Veel klimmen en dalen en het wordt heel warm. Regelmatig stoppen we even om ons te laven aan de inhoud van onze drinkbussen. (We gaan vlaams leren deze reis). Maar gemakkelijk waren ze eigenlijk niet, die 14 km.
We zijn vroeg in Escamplero, waar we na beraad tijdens een drankje kiezen voor privekamertjes boven de bar in plaats van voor de herberg. Douchen, kleren wassen en dan? Elle vindt de winkel van het dorp en geduldig wachten we op een bankje tot openingstijd.
Ja, en dan is opeens de laatste dag van deze camino aangebroken. Wat lijkt het eindeloos lang geleden dat we na de eerste wandeldag in Vila Cha bij café Tony aan het diner zaten, of dat we de portugees/spaanse grens passeerden. En tegelijkertijd: wat zijn deze twee weken voorbij gevlogen.
In het donker verlaten we het pension, maar een paar honderd meter verder ontbijten we. Daarna kleurt de lucht rood. Voor het eind van deze tocht heeft Jacobus nog een kleine verrassing voor ons in petto: regen!
Tijd om de diep weggestopte poncho’s en regenjassen uit de rugzakken
tevoorschijn te halen.
We hoeven nog maar 15 km tot aan de kathedraal. Op de helft nemen we een flinke koffiepauze bij een sportclub in Miladoiro.
Het laatste stuk gaat door de buitenwijken van Santiago, en rond half een lopen we de oude stad binnen.
Even later zijn we op de Praza de Obradoiro, het grote plein voor de kathedraal. De Hongaren die we al enige tijd tegenkomen zijn er ook.
Yes! We hebben het gehaald.
We checken snel in bij hospederia San Martin Pinario, naast de kathedraal, waar we allemaal ons eigen kloostercelletje krijgen toegewezen en dan volgt natuurlijk een etappebiertje. Oh nee: wijn deze keer, qua extra feestelijk.
Daarna volgt een drukke middag: we staan ruim een uur in de in de rij voor de compostela, we brengen een bezoekje aan de Nederlandse huiskamer, shoppen souvenirs, checken in voor de vliegreis terug, een nemen nog een snelle douche.
’s Avonds gaan we naar de kathedraal: we wonen een prachtige mis bij, compleet met de botufumeiro, het zwaaiende wierrookvat. De ‘peregrinos de Holanda’ die vanaf Porto liepen worden genoemd, samen met alle andere pelgrims die op deze vierde oktober aankwamen.
Daarna eten we in een restaurant in de Rua do Franco, en op de terugweg naar ons onderkomen maken we nog een kleine stop bij de Tuna de Derecho, dat op het grote plein staat te spelen en te zingen. Tijd om te slapen en te rusten.
Morgen volgt nog een kleine epiloog.
Om 8 uur zijn we er klaar voor: 22 km op de een na laatste dag.
Als we de herberg in Arcade verlaten is het nog donker, maar na het ontbijt in de panaderia laat de zon zich boven de rivier zien. Na de oude brug over de rivier Verdugo klimmen we door de stijgende pittoreske straatjes van Ponte Sempaio. De ochtendkilometers gaan weer snel.
Het ontbijt in de herberg blijkt een doe-het-zelf ontbijt te zijn, en er is geen brood. Uiteindelijk blijkt de bakker nog langs te moeten komen. Even later lopen we weer: op weg naar Spanje vandaag! Lees verder Dag 7: Rubiaes – Tui