Tagarchief: 2021 Sarria Santiago Finistera

Naar Sarria. Eindelijk op Camino

21 augustus – 4 september 2021:  Sarria – Finistera.
Het is zover. Nadat deze Camino twee keer vanwege Corona is uitgesteld, starten wij nu echt op 21 augustus. Wij zijn Riet, Nellie, Attie, Mia,  Marijke, Denise, Bert en ik, Simone.  We lopen de laatste 100 km van de Camino Frances, de bekendste Camino naar Santiago de Compostela en daarna door naar Finistera, het ‘einde van de wereld’. Startpunt is de plaats Sarria, iets meer dan 100 km van Santiago.

Startpunt Sarria, Calle Mayor

2021 is een heilig jaar of Ano Xacobeo. Als  25 juli, de naamdag van Jacobus,  patroon van Spanje, op een zondag valt, is er een heilig jaar. De ‘ Heilige,’ deur (puerta sacra) van de kathedraal van Santiago is dan het hele jaar open. Dit trekt extra pelgrims. In verband met corona heeft de paus besloten het heilig jaar tot eind 2022 te verlengen.

Als je minimaal de laatste 100 kilometer loopt, krijg je bij aankomst in Santiago een diploma (Compostela).

Na aankomst in Santiago lopen we verder naar Finistera, het  ‘einde van de wereld’ voor de Romeinen en kilometer 0 punt van de Camino.  Spannend is het om na zo’n lange, zware tijd  weer op Camino te gaan en in een ander land te zijn. Ik ben benieuwd hoe we dit gaan ervaren.

 

 

 

 

 

 

 

 

Dag 1: Sarria – Morgade

Zondag 22 augustus: Sarria – Morgade, 12 km,  half bewolkt, heerlijk wandelweer, boven 20 graden

De vliegreis,  het vervoer naar Sarria en de ontvangst in de herberg verliepen gisteravond vlot. Om 7 uur staan we op, ontbijten in een bar en volgen de gele pijlen terwijl we onderweg Sarria bekijken, een historische plaats. Sarria bestond al als vesting voordat de Romeinen kwamen. In de 13de eeuw stichtte koning Alfonso 9 de stad Sarria. Hij overleed er op zijn pelgrimstocht naar Santiago. Eerst maken we de groepsfoto vlak voor de trap naar het oude centrum.

Van links naar rechts: Mia, Riet, Nelly, Bert, Denise, Attie, Marijke en Simone

Onderweg zien we verschillende herinneringen aan het pelgrimeren in de middeleeuwen, zoals een voormalig pelgrims hospitaal met een mooi stenen kruis.

Maar ook modern Sarria met de plaatsnaam in grote letters.

De route loopt door het mooie Galicische glooiende groene landschap met landelijke weggetjes, soms ommuurde paadjes en bossen die schaduw bieden.

Om het Compostela te krijgen moeten we tenminste 100 km lopen en 2 stempels per dag in ons pelgrimspaspoort verzamelen. Die kunnen we op verschillende plaatsen krijgen.

In het 12de eeuwse kerkje van Barbadelo

We genieten volop van het lopen en van de heerlijke bocadillo in een bar onderweg.

Nog maar 700 meter naar de herberg. Goed gedaan dames!

 

 

Dag 2: Morgade – Portomarin

Maandag 23 augustus: Morgade – Portomarin 10,5 km. s Ochtends heerlijk wandelweer, s middags heet, boven 30 graden. Dag van  mooie uitzichten.

Wat een fijn verblijf hadden we in de mooie herberg van Morgade. We hebben er uitgerust en lekker gegeten en gedronken

Vandaag gaan we weer bijtijds op. Het is mooi om ‘ s ochtends te lopen en we willen graag voor de hitte ’s middags aankomen. We zien de zon opkomen.

Het is een dag van mooie uitzichten. En we passeren het 100 kilometerpaaltje (zie boven). Van ver zien we Porto Marin steeds dichterbij komen.

We wandelen weer over mooie paadjes beschut door oude bomen.

Door boerendorpjes met mensen die op het land aan het werk zijn.

Er zijn voldoende bars onderweg voor de inwendige mens.

En nog veel meer…tot we in Portomarin aankomen.

Portomarin ligt aan een groot stuwmeer. Om dit stuwmeer mogelijk te maken is de stad in 1962 onder water gezet. Het water staat nu laag. We zien resten van de oude stad in het water.

Alleen de bijzondere romaanse kerk San Xian is destijds verplaatst naar het dorp dat  boven het stuwmeer is opgebouwd. Het is de grootste Romaanse kerk van Galicie en heeft de vorm van een fort.

Het was weer een wandeldag die veel indrukken achterlaat. Pas de tweede dag, maar het lijkt alsof we al veel langer onderweg zijn.

 

Dag 3: Portomarin – Ventas de Naron

Dinsdag 24 augustus: Portomarin – Ventas de Naron 13 km. Fijn wandelweer maar de zon kwam snel en het was de derde dag!!!

Gistermiddag was het heet en druk in Portomarin. We konden moeilijk een terras vinden voor een drankje en toen moesten we ook nog eens teveel betalen. Dat moeten we voor het avondeten anders aanpakken dachten we. We gingen al vroeg op het beste terras bij het plein zitten voor een drankje zodat we zeker een plek hadden voor het avondeten. En dat lukte. Het werd een hele leuke avond met live rockband op het plein en aan het eind dansen tot na pelgrimsbedtijd.

Camino drankjes: Tinto con gasera of gaseosa (rode wijn met spa rood met zoet smaakje); una Clara con gaseosa (sneeuwwitje); un café con leche en vaso (koffie met melk in een glas)

Vandaag proberen we iets anders met het wandelen. Het verschil in tempo onderling is namelijk  erg groot.  We besluiten dat ieder in zijn eigen tempo mag lopen en dat we bij de laatste plaats/bar anderhalve kilometer voor de herberg op elkaar wachten om samen naar de herberg te gaan.  ‘Ieder zijn eigen camino’.  We houden contact via de whatsappgroep. Het is wel de derde dag. Dat betekent meestal de zwaarste dag. Bovendien krijgen we eerst een klim van ruim 8 km.

Eerst dalen we in een file Portomarin uit. Daarna start de 8 kilometer klim naar Gonzar.

We worden ingehaald door Spaanse pelgrims te paard uit Andalusië/Huelva. Ze geven ons een foto van de maagd van El Rocio.

Even verderop wordt het wat minder steil.

Nelly wordt door Spaanse middelbare scholieren geïnterviewd voor een project.

Gezellig. Ondanks het eigen tempo wachten we toch al op elkaar in de eerste bar die we tegenkomen.

Het was zwaar die klim en dat op de derde dag. Attie neem een taxi naar de bar anderhalve kilometer van het eindpunt. Ze mist de opgravingen van Castromaior maar is vastbesloten terug te komen.

Het was een korte omweg naar Castromaior maar we vinden een afkortpaadje terug naar de route. Met een steil stukje omlaag….

Sommigen zijn nog niet moe naar al die kilometers. En Bert draagt de laatste kilometers de rugzak van Mia.!!! Wat een teamspirit!!!. Samen halen we het zeker.

 

 

 

 

Dag 4: Ventas de Naron – Palas de Rei

Woensdag 25 augustus: Ventas de Naron – Palas de Rei 12 km. Dag van boerendorpjes, oude kerkjes en het prachtige Lameiros kruis

Nadat we in het drukke Portomarin waren geweest, voelde het gisteren heel fijn om weer in een mooie herberg in een klein dorpje te verblijven. Die ruimte, allemaal lage bedden, een groot terras en tuin. Een fijne plek om uit te rusten.

Vandaag gaat de route door veel boerendorpjes en langs kerkjes en kruisen. Je voelt je bijna in de middeleeuwen lopen; dorpjes die al in de Codex Calixtinus worden genoemd, de eerste 12de eeuwse reisgids van de pelgrim. De Codex Calixtinus beschrijft de pelgrimstocht van de monnik Aymeric Picaud van het Franse Picardië naar Santiago. De Camino Frances volgt zijn route voor een groot deel. Er is een Nederlandse vertaling van Van Herwaarden.

Voor het eerst starten we vandaag in de mystieke ochtendnevel die zo bij Galicië hoort.

Vlak voor het dorpje Ligonde staat een bijzonder kruis uit de 17de eeuw met aan de ene kant een primitieve afbeelding van Maria met kind en aan de andere kant een niet lijdende Jesus aan het kruis en onderaan een doodshoofd.

In de loop van de ochtend lost de mist op. We zien onderweg een aantal opmerkelijke objecten.

En we lopen ontspannen. Het is een relatief makkelijke route vandaag.

Tot we aan het begin van de middag in Palas de Rei aankomen, een van de grotere plaatsen op de Camino Frances.

Dag 5: Palas de Rei – Melide

Donderdag 26 augustus: Palas de Rei – Melide 15 km. “Afscheid nemen doet pijn, maar de mooie herinnering blijft”

We waren een beetje voorbereid maar hadden het toch niet verwacht. Een beetje beduusd waren we toen Denise en Bert vanochtend om 7 uur meldden dat ze naar huis gingen vanwege familie-omstandigheden. Heel jammer want we hebben het heel leuk samen gehad, maar ook heel begrijpelijk.

Het lukt om nog dezelfde dag een vlucht voor hen naar Brussel te boeken waar ze door familie opgehaald worden. Eerst gaan ze met de bus naar Santiago om daar een kort kijkje te nemen.

Veel sterkte Denise en Bert!! We hebben met jullie genoten en een kaarsje voor jullie opgestoken.

Een kort verslag over gisteren in Palas de Rei. Na de rust van Morgade belandden we weer in de drukte van een pelgrimsplaats met veel herbergen en in augustus veel pelgrims: Palas de Rei. Dat was weer wennen. Na de ruime slaapzaal met lage bedden hadden we nu een krappere  slaapzaal met stapelbedden. Drie van ons moesten boven slapen.

Voor sommigen is het een avontuur van een bovenbed af te komen!!

Grotere caminoplaatsen hebben ook voordelen. We konden naar de pelgrimsmis om 19.00. Een goed gevulde kerk met veel jongeren die ook nog in de rij stonden om te biechten. En gitaarspel tijdens de mis. Waar zie je dat nog tegenwoordig!! Op de Camino dus, op de laatste 100 kilometer van de Camino Frances in de maand augustus.

 

Omdat we  bijtijds aankwamen in Palas de Rei besloten we ’s middags te gaan eten in plaats van s avonds en het etappedrankje s avonds te doen. We gaan namelijk al voor 10 uur slapen. Met een volle maag naar bed is niet prettig. De pelgrimsmenu’s zijn goedkoop, circa 10 tot 12 euro voor 3 gangen inclusief drankje.

Tarta de Santiago: tussendoortje en nagerecht in het pelgrimsmenu

Vandaag starten we later dan gewoonlijk met wandelen door het weggaan van Denise en Bert. In de ochtend lopen we door een aangenaam landschap van bossen en weides met koeien en mooie dorpjes met oude kerkjes en kruisen en de middeleeuwse brug van Furelos.

Een duiventil
Een horreo (graanschuur)

De middeleeuwse brug van Furelos

We komen de gele pijl op verschillende manieren tegen, zoals bij deze Spaanse pelgrim onderop zijn linkerbeen (en de schelp op zijn rechterbeen).

En afbeeldingen van Jacobus.

Het laatste stuk van de route is niet mooi en we lopen in de hitte. We beginnen te zingen tot we in Melide aankomen. Zo was het einde van de wandeling toch nog leuk en merken we minder van de pijntjes.

 

 

 

Dag 6: Melide – Arzua

Vrijdag 27 augustus: Melide – Arzua 14 km. ’s Morgens goed wandelweer, s middags warm.

Gisteren waren we pas om 3 uur bij de herberg, later dan normaal. Weer een met stapelbedden, maar wel ruimer dan in Palas de Rei. Normaal gesproken wassen we onze kleren met de hand en laten ze liefst in de buitenlucht drogen. Dit keer gebruiken we samen de wasmachine en droger. Helaas werkt de droger niet goed. Zo komt onze slaapzaal vol met was te hangen.

Attie was bij het binnenkomen van Melide door de politie aangesproken dat ze geen mondkapje ophad. De mondkapjesplicht is hier buiten afgeschaft behalve op drukke plekken als bijvoorbeeld het centrum van Melide. En daar zaten we.

Melide is de stad van de ‘pulpo’ (inktvis). Er zijn twee restaurants die vooral nationaal maar ook internationaal faam hebben. De inktvis wordt  in een grote pan gekookt en daarna in kleine stukjes gesneden en met olie en paprika en Spaanse chilipoeder op een rond houten bord gelegd. We gaan er eten. Twee van ons bestellen pulpo. De rest eet wat anders.

Vandaag lopen we naar Arzua een volgende grote Caminoplaats. De wandeling is pittig omdat de we 3 grote heuvels over moeten. Maar ook erg mooi. Galicië is prachtig, maar ook afwisselend. We blijven vandaag grotendeels bij elkaar tijdens het wandelen. Twee keer is er de mogelijkheid om een alternatieve route te kiezen, die ongeveer even lang zijn, maar meer door bos gaan. Een impressie.

Eucalyptus bos
Stempels halen

Het is zo warm

Jacobus in het plaatsje Boente: eindpunt van de Camino toen Santiago tijdens de pandemie afgesloten was
De middeleeuwse brug van Ribadiso

Alleen Attie loopt meestal alleen. Zij loopt wat langzamer dan de rest van de groep en vindt het fijn om alleen te lopen en ons op bepaalde punten te zien die we vooraf afspreken.

Attie

We komen veel fruit tegen, allerlei soorten bomen, een kraampje.

En toen gebeurde er een ongelukje. Riet wil snel iets weggooien en struikelt over een boomstronk. Wat een schrik. Ze ziet er gehavend uit. Door de deskundige verpleegkundige hulp van haar eigen dochter is ze snel weer ter been en loopt met ons tot het eindpunt van vandaag, Arzua.

De boomstronk
Riet

S Middags gaan we nog naar de EHBO waar ze goed onderzocht wordt en voor de zekerheid een prik tegen tetanus krijgt. Ze voelt zich prima. En heeft veel zin in het vervolg.

 

 

Dag 7: Arzua – Salceda

Zaterdag 28 augustus: Arzua – Salceda 13 km. Het bubbelbad en de hangmat

In Melide sliepen we in het centrum aan een drukke weg. Omdat we het raam open hadden betekende dat veel lawaai ’s nachts. Hoe anders was dat in Arzua, ook een grote pelgrimsstad. Hier sliepen we niet aan de hoofdweg maar in een straat erachter die grenst aan het groen. Hier hoorden we geen vrachtverkeer.  Onze herberg hier is bovendien erg luxe met lage bedden met beddengoed, handdoek en zelfs douchespul. Heerlijk dat comfort. Maar ook fijn dat het elke dag anders is èn steeds een verrassing.

In de slaapzaal oefenden we gisteren we een prachtig Afrikaans pelrimslied: :Pelgrimsgebed van Amanda Strydom. Onze eerste poging zie filmpje. Niet slecht na 1 x oefenen!

Vandaag een korte etappe. We lopen door glooiend landschap, veelal over bospaden, door eucalyptusbossen. Eucalyptus  werd in Galicië in 1863 geintroduceerd door een monnik. En toegepast in brandstof, houtskool, papier, spaanplaat voor de bouw en natuurlijk de eucalyptusolie.

Het is vandaag wat koeler. We zien de zon niet tijdens het lopen. Minder mooi maar wel fijn als je loopt.

Onderweg verschillende stempelposten en verkopers, oa twee zusters (nunnekes volgens onze Brabantse pelgrims), een stokkenmaker, een fluitspeler en de ‘ wall of wisdom’.

En gezellige bars waaronder één met allemaal flessen met spreuken.

Pincho de tortilla (aardappelomelet met brood)

Al om 13.00 uur zijn we al bij de herberg van Salceda. Om 15.00 eten we het pelgrimsmenu met als extra toetje het bubbelbad en de hangmat!

 

 

 

 

 

Dag 8: Salceda – Lavacolla

Zondag 29 augustus: Salceda – Lavacolla 17 km

Het was een bijzonder verblijf in de ‘middle of nowhere’  in de herberg van Salceda. Een spartaanse slaapzaal en douche met slakjes en spinnetjes. Maar wel een massage douche, hangmatten, een bubbelbad, vijver en prima tuin en restaurant. Het is een beetje vergane glorie. Het lijkt alsof de eigenaren het een beetje zat of moe zijn. Bijzonder is dat elke overnachting weer heel anders is. Steeds een verrassing.

s Avonds dronken we voor het eerst een Galicisch likeurtje, ‘orujo de café’.  Lekker, het leek op ‘ tia maria’

Voor het slapengaan zongen we weer het ‘ ‘Pelgrimsgebed’.  Het wordt steeds beter.  Maar naar Amanda Strydom luisteren is ook al heerlijk. Ze zingt zo mooi en de uitspraak van het Afrikaans…

Vandaag lopen we de langste etappe tot nu toe, 17 kilometer. Weer glooiend en over bospaden, maar toch anders dan andere dagen. Een deel van ons heeft  inmiddels de gewoonte om alleen met koffie op pad te gaan (of iets kleins te eten dat we al eerder hebben gekocht).  Er zijn genoeg bars onderweg waar we kunnen ontbijten. Zo kunnen we s ochtends als het nog fris is meer kilometers maken. ’s Middags was het tot nu toe erg heet. Het lijkt nu wat koeler te worden.

Het is vandaag veel rustiger met pelgrims dan gisteren en daarvoor. Dit is waarschijnlijk omdat de Spaanse vakantie na vandaag afgelopen is. Vandaag zal het in Santiago erg druk worden.

We zingen veel onderweg. Het Pelgrimsgebed klinkt  beter in een tunnel.

Een Spaanse pelgrim had ons gehoord en zei dat de foto beter zou worden als we bewogen en zongen. Hij zei niet dat hij het op zou nemen. Ha, ha…

En we dansen.

Mia en Riet moeten nog oefenen

En we zien mooie spreuken, een mooie steen en krijgen een stempel met een hangertje.

Het leven is kort, maar breed. Wees altijd jezelf. Buen Camino

We zijn om bijna 3 uur bij de herberg en willen nog gaan eten, maar het is bijna te laat. De eigenaar is zo aardig om ons eerst naar het ene restaurant te brengen, waar we net te laat aankomen en vervolgens naar het andere waar we nog menu kunnen eten. Heerlijk. Daarna douchen, wassen en uitrusten.

Een topprestatie dames!!!. Opgewekt en zonder blaren en andere klachten.

Café cortado (Expresso met klein beetje melk)

 

Dag 9: Lavacolla – Santiago

Maandag 30 augustus: Lavacolla – Santiago 10 km. Mooi helder weer. Naar Santiago!!!

We hadden een fijn verblijf in de herberg van  Lavacolla. De eigenaren zijn aardig en behulpzaam. We sliepen op een kamer met lage bedden. En er was een tuin waar we uit konden rusten.

Vandaag de grote dag. We gaan naar Santiago. Het is nog maar een week geleden dat we in Sarria begonnen. Maar het lijkt wel een eeuw. Wat hebben we veel ervaren.  Vol spanning gaan we zonder ontbijt in het schemerdonker op pad. Het beekje waarin de pelgrims zich 1000 jaar geleden wasten om schoon in Santiago aan te komen is nog niet goed te zien. Maar we horen het wel goed. In de schemering lopen we geleidelijk aan omhoog richting Monte Do gozo, de heuvel waarvandaan de kathedraal van Santiago bij goed weer te zien moet zijn.

We horen het water stromen

We ontbijten na 4 kilometer bij de camping.

Nog 1 kilometer naar Monte do Gozo. Het weer wordt steeds mooier en helderder.

En dan zijn we op Monte do Gozo. Het is prachtig weer en de kathedraal is goed te zien. Een Nederlandse hospitalero helpt ons in de kapel aan een stempel.

We klimmen nog een stukje verder naar het monument van de pelgrims. En we wijzen allemaal naar de kathedraal!!  Daar is tie!!

De laatste 4 kilometer duren best wel lang. Twee plaatsnaamborden.

lo

We kijken onze ogen uit.

Nog maar een drankje voor we het middeleeuwse centrum in lopen.

En verder naar het plein voor de kathedraal.

We zijn er!!!

En slapen in het klooster tegenover de kathedraal. Waar we ’s middags lunchen. Wat een mooie plek.

Nu nog onze diploma’s (Compostela’s) halen en Santiago verkennen. Morgen meer.

 

 

Dag 10: Santiago – Negreira

Dinsdag 31 augustus: Santiago – Negreira 21 km. Uitgeput. s Middags was het heet

Vandaag is het een spannende dag voor ons. We gaan meer dan 20 kilometer lopen. Tot nu toe was de afstand 10 tot 15 kilometer per dag (1 dag 17).

Eerst nog wat over Santiago.  Wat was het fijn om een nacht een eigen kamer met eigen douche/toilet te hebben, en ook nog eens in hartje Santiago. Gisteren na de lunch spraken we af dat ieder ’s middags zijn eigen gang zou gaan en dat we elkaar ’s avonds zouden zien. Gelukkig was het veel minder druk in Santiago dan de vorige week. Iedereen heeft  s middags zelfs de kerk kunnen bekijken zonder in een lange rij te hoeven staan.

Het officiële logo van het heillig jaar 2021/2022
Geen lange rijen voor de ‘Heilige deur’ en de andere ingang van de  kerk
De “snollebollekes” op de trap van de kathedraal

Om 7 uur ’s avonds kregen we de Compostela’s. Een hele prestatie.

Het lukte helaas niet om daarna naar de mis te gaan.  We hebben volgende week nog een kans. We vinden wel plek op een terras.

Vandaag zijn we weer bijtijds op  voor onze monsteretappe richting het einde van de wereld, maar liefst 21 kilometer naar Negreira inclusief een lange klim. Attie neemt een stuk de bus.  Eerst was er een klein incidentje met iemand die zich had verslapen en vervolgens  haar onderbroek vergat. Het wordt  een ” luchtige”  dag voor haar…

Met een volle maag van het ontbijtbuffet gaan we op pad.
Nog 89.586 kilometer naar Finistera

We lopen al snel fout bergop. Maar gelukkig na een paar honderd meter komt een engel ons tegemoet. Terug naar beneden. Langs de rivier moeten we blijven.

Daarna gaan we weer omhoog en krijgen prachtig uitzicht op Santiago en de kathedraal.
Later vandaag is er een lange steile klim. Vooraf lunchen we op een terras met mooi uitzicht.
Achteraf: :” drie kleine kleutertjes die zaten op een bank…”

En nog een terrasje. Het is heet vanmiddag. We hebben veel vocht nodig. En lopen op het eind veel over asfalt dat ook heet is. Zingend proberen we niet aan onze pijntjes te denken.

Het mooiste vandaag is de middeleeuwse brug van Ponte Maceira.

Rond 4 uur komen we uitgeput bij de herberg aan, waar Attie op ons staat te wachten. Fijn. Zij wijst ons de weg en verzorgt de was. Nog een engel…

Dag 11: Negreira – Santa Marina

Woensdag 1 september: Negreira – Santa Marina 21 km. Mooie uitzichten, maar vermoeiend zo’n lange etappe

In de supermarkt kochten we gisteravond  alvast joghurt en fruit voor morgen omdat we vroeger op pad willen vanwege alweer een lange etappe en warm weer ’s middags. Gisteravond konden we pas rond 8 uur eten. Eigenlijk te laat voor ons na zo’n vermoeiende dag. Sommigen hadden niet veel trek meer.  Voor het slapen gaan zongen we nog het Pelgrimsgebed van Amanda Strydom. Dat is inmiddels een bijna vast onderdeel de afronding van de dag. Mooi.

Mia verzamelt de borden met alles wat erop ligt. In de hoop dat we sneller het toetje krijgen en sneller naar bed kunnen

Vandaag gaan we al in de ochtendschemering op pad. Attie neemt eerst een stuk taxi. Zij kan niet meer dan 10 kilometer op een dag lopen.

Stadspoort Negreira
Monument voor de Emigrant. Eerbetoon aan de vele Galiciërs die nog niet eens zo lang geleden huis en haard moesten verlaten om elders te gaan werken. Hij wordt vastgehouden door zijn zoon die weer vastzit aan moeder en baby.

Na het verlaten van de stad klimmen we gelijk en krijgen mooi uitzicht op de stad, omgeving en een oud kerkje, terwijl de zon opkomt. p

We klimmen geleidelijk 9 kilometer grotendeels in de schaduw over bospaden naar het dorp  A Pena, waar een bar is voor het tweede  ontbijt (toast met boter en jam).

Vanaf de bar lopen we eerst een stuk langs een weg, geen mooi pad maar wel met steeds mooie uitzichten, waarvan je goed kunt genieten omdat je niet op de weg hoeft te letten.

De volgende bar is 4 kilometer verder. Weer stoppen we. Ook omdat het warm wordt. Hoofddeksels en bandjes in de nek worden nat gemaakt en we drinken bij om weer vooruit te kunnen.

Daarna wordt het zwaar. We moeten nog bijna 8 kilometer lopen en het wordt steeds warmer. Er zitten lange paden tussen zonder rustplekken . Ik loop af en toe achteruit omhoog. Dan gebruik je andere spieren dus heb je niet steeds dezelfde druk op de spieren. Dat geeft verlichting.

Pelgrims siësta
Uitgeput

Om kwart voor 3 komen de eerste drie bij de herberg aan, moe en blij dat ze er zijn. Attie is er al. Een half uur later zijn we compleet. De twee etappes van gisteren en vandaag waren mooi, maar zwaar.

We zitten in een heel klein gehucht tegenover een oud kerkje en naast een koeienstal. De herberg heeft een bar en terras waar we gelijk wat gaan drinken. We hebben allemaal een laag bed. Vanavond hebben we vanaf half 7 onder de druivenranken gegeten. De temperatuur is inmiddels aangenaam. Zonder jas buiten zitten kan nog steeds om half 10′ s avonds. Dat geeft een echt vakantiegevoel!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dag 12: Santa Marina – O Logoso

Donderdag 2 september: Santa Marina – O Logoso 17 km. Bewolkt. Een wonderschone etappe.

Gisteravond was er veel gedoe in de herberg over een meisje/pelgrim die onderweg een zielig zwanger katje had meegenomen en bij de herberg heeft achtergelaten. Dit ondanks  borden onderweg met het verzoek om geen honden en katten mee te nemen. De medewerkers van de herberg waren het er helemaal niet eens. Hij heeft inmiddels zijn plekje gevonden naast de katten die er al zijn.
Vervolgens was Mia’s handdoek van de waslijn verdwenen. Die bleek bij navragen in de was van andere pelgrims in de droger te zijn terechtgekomen. Kortom een enerverende avond maar wat was het lekker om met dit weer buiten op het terras te zitten kletsen met een drankje erbij. We bleven tot laat.

Kerkhof tegenover de herberg
Hoe voelen de benen en voeten vandaag, vraag ik de volgende ochtend? ‘Goed’ is de reactie van iedereen!  We gaan weer vol goede moed op pad.
Daar gaan we weer!
Dag koetjes

Het wordt een prachtige wandeling, veel makkelijker dan gisteren. Eerst beklimmen we de berg Aro en dalen daarna af naar het dorpje Lago. Onderweg hebben we prachtig  uitzicht over de dorpjes en het stuwmeer.

Vanaf Lago neemt Attie een taxi naar de Olveiroa de volgende grotere plaats. Daarvandaan gaat zij het laatste stuk lopen. Goed gekozen. Het eerste en het laatste stuk zijn het  mooist vandaag.


De anderen lopen verder door een gebied met prehistorische graven.

Er wordt op het land gewerkt.

We gaan over een wildstromende rivier via de brug van Ponte Olveiroa.

En komen langs grappige afbeeldingen van de pelgrim.

Het laatste stuk is prachtig, bergop, hoog boven de rivier.

Polonaise bovenop de berg

En dalen af naar de herberg in O Logoso waar we een 8-persoons slaapzaal voor onszelf hebben.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dag 13: O Logoso – Cee

Vrijdag 3 september: O Logoso – Cee 16 km.  Bewolkt. Keuzestress en we gaan naar zee

Het was een rustige middag gisteren. We zitten in een klein gehucht tegen een berg waar niets te doen is. Het lijkt een en al herberg. Wel gezellig met een bar en restaurant. Het enige probleem is dat er veel vliegen zijn, vooral binnen in de bar. We besloten daarom om s avonds buiten te gaan zitten eten. Het is inmiddels afgekoeld en we zien elkaar in outfits die we nog niet eerder van elkaar gezien hebben. Mooi dat tegenwoordig alles over elkaar gedragen kan worden.

Zo zaten we de hele avond buiten te eten.

Hoewel morgen pas de laatste wandeldag is, komt vandaag het einde van deze tocht al in zicht, de zee! Spannend. Ook vreemd. We zijn al bijna twee weken intensief met elkaar onderweg. We hebben veel gezelligheid gehad, veel gelachen met elkaar en er zijn weinig irritaties geweest. Het voelt inmiddels eigen om op een slaapzaal met elkaar te zijn. Raar zal het zijn als dat straks voorbij is. Aan de andere kant begint  ook het verlangen naar huis terug te komen, het oude vertrouwde en de geliefden thuis. Het elke dag vroeg op moeten, lange stukken lopen en continu bij elkaar zijn, is ook vermoeiend. Ik ben benieuwd hoe we er straks als we weer in ons ouwe leventje zijn op terugkijken. In ieder geval spreken we al snel een reünie af om de reisverslagen te delen en bij te kletsen.

Vandaag lopen we 16 kilometer door de natuur. We komen geen bars tegen, alleen twee kapelletjes. We ontbijten vooraf en nemen broodjes mee voor onderweg. De eerste keuzestress: wat willen we op het broodje: het wordt 5 x chorizo met kaas en 1 x voor Riet ham met kaas.

Om half 9 starten we met lopen. Na een kilometer komen we bij een informatiecentrum met prachtige foto’s van de regio Dumbria waarin we nu lopen. Onder andere van pelgrims uit de middeleeuwen.

We krijgen weer keuzestress. Waar gaan we heen? Muxia of Finistera? Gelukkig mag ik het bepalen. Het wordt Finistera.

Daarna begint de echte wandeling door de natuur. We lopen in de bergen met hei en brem in bloei. Erg mooi.

Bij de eerste kapel hebben we de eerste picknick. Lekker broodje, hè Riet?

Bij de tweede kapel kunnen we ons lichaam helen met echt bronwater.

Langzaam komen de zee en onze volgende overnachtingsplaats Cee dichterbij.

We zijn er om twee uur. Het was een prachtige niet al te moeilijke wandeling. En we hebben 2-persoonskamers met zeezicht!

 

 

Dag 14: Cee – Finistera

Zaterdag 4 september: Cee – Finistera 13 km. Zonnig. De finale.

We zijn aan zee. Dat betekende gisteren een verandering van sfeer en nieuwe indrukken. Bijvoorbeeld een wit zandstrand, balkon met zeezicht en meeuwen die veel herrie maken.

\

Maar ook als vanouds ’s avonds gezellig gezamenlijk eten op een terras.

Het was lekker!!

Vandaag is het de 14de en laatste wandeldag van deze tocht. We starten met een ontbijt in Cee. We krijgen churros bij de koffie (soort oliebol in de vorm van strengen).

Terwijl de zon opkomt lopen we langs zee naar het aangrenzende stadje Corcubion.

Corcubion is een mooi oud stadje met een prachtig kerkje en bijzondere huizen.

In de kerk een beeld van Santiago Matamoros (de Morendoder)
Karakteristiek huis met wapenschild
Na enig navragen op verzoek van Riet het huis met de Davidsster.

We klimmen weer tegen een berg op. Zwaar…. die laatste loodjes.

En dan komt de kaap van Finistera in zicht.

Die twee witte puntjes linksboven

We drinken koffie in een chique hotel aan het strand van Estorde.

Wat is die zee mooi blauw en wat zijn die stranden wit!

En dan komen we aan we in Finistera bij het pension waar ik ook in 2007 verbleef toen ik voor het eerst aan het einde van de wereld kwam. De kamer heeft uitzicht op zee en de haven.

Aan het eind van de middag doen we boodschappen voor de picknick op de Kaap vanavond. Eerst gaan we naar een 19 minuten durende pelgrimsmis in het 12de eeuwse kerkje onderweg naar de Kaap. We zijn de enige bezoekers en zingen nog een keer het Pelgrimsgebed.

Niet aanraken

We wandelen nog eens 2,5 kilometer naar de Kaap van Finistera. En bereiken na 205 kilometer lopen eindelijk het kilometer 0.00 punt.

We beleven als afsluiting een heerlijke avond op de Kaap van Finistera en zien een prachtige zonsondergang.

Het is bijna donker als we naar de haven teruglopen en ook nog getrakteerd worden op live muziek. Wat een mooie afsluiting van deze enerverende tocht.

 

Tot slot

Als ik de blog teruglees zie ik wat een enorme hoeveelheid nieuwe ervaringen en indrukken we hebben opgedaan. En hoe de moed, zin en gezelligheid bleef, ondanks tegenvallers als het vertrek van Bert en Denise, de val van Riet en de zware etappes de eerste twee dagen vanaf Santiago naar Finistera. De ruimte die we elkaar gaven en de band die we daardoor met elkaar gekregen hebben.

Bedankt Marijke, Denise, Bert, Attie, Nelly, Riet en Mia. Jullie waren geweldig op mijn eerste Camino voor In Balans op Weg. Ik hoop dat jullie hierop nog lang met plezier terugkijken. En inspiratie hiervan meenemen in jullie ‘dagelijks’ leven.

Mieke, wat mooi dat we elkaar hebben leren kennen en wat fijn dat je me deze mogelijkheid hebt geboden en daarbij hebt gesteund. Veel dank. Ik vind het een perfecte formule voor mensen die georganiseerd met anderen samen kennis willen maken met de Camino.

Ik eindig met de tekst van ons lijflied tijdens deze Camino, Pelgrimsgebed van Amanda Strydom:

Vader God U ken my naam                          My binnegoed en buitestaan                      My grootpraat en my klein verdriet            My vashou aan als wat verskiet.

U ken my vrese en my hoop
Die pad wat ek so kaalvoet loop
Die pad het U lankal berei
U maak die pad gelyk vir my.

Alle pelgrims keer weer huistoe
Elke swerwer kom weer tuis
Ek verdwaal steeds op U grootpad
Soekend na U boardinghuis

Moeder God U ken my waan
My ego en my regopstaan
Die drake waarteen ek bly veg
U wys my altyd weer die weg.

U het my met U lig geseën
Die lig strooi ek op iedereen
Net U weet hoe my toekoms lyk
Ek het niks, U maak my ryk.

Alle pelgrims keer weer huistoe
Elke swerwer kom weer tuis
Ek verdwaal steeds op U grootpad
Soekend na U boardinghuis